The Divine Life Society
Afdeling Aalst
Homepage

Vertaling van Swami Sivananda's

"Steps to Self-realisation"





HOOFDSTUK VIJF

OEPANISHADISCHE VONKEN

OEPANISHADS

AATMAN DE BESTUURDER

KENOPANISHAD I

RELATIE EN BEGEERTE

MOKSHA

DE INGEBOREN DRANG

KENOPANISHAD II

KENOPANISHAD III

KATHOPANISHAD

DE ALLEGORIE VAN DE KOETS

(KATHOPANISHAD)

DE STAD VAN DE ELF POORTEN

DHAATOE PRASAAD

PRAANA EN DE SPRAAK

HOOFDSTUK VIJF

OEPANISHADISCHE VONKEN

OEPANISHADS

Oepanishad betekent:

Nabij Brahman of het Eeuwige zitten.

Het betekent ook:

Dat wat onwetendheid of het samsaara vernietigt

En je de kennis van het Zelf geeft.

Het betekent: Brahma vidyaa of Brahma gnyaana,

Kennis van het Absolute.

Het kreeg ook de betekenis van het boek oepanishad zelf,

Dat handelt over de kennis van Brahman.

AATMAN DE BESTUURDER

De Kenopanishad zegt:

Aatmaa is de geest van de geest,

De bestuurder van de geest en de praana.

Aatmaa geeft de geest geen orders

Zoals een koning zijn ministers orders geeft.

Door het bestaan van het Aatman zelf

Functioneren de geest en de praana,

Zoals de koning door de aanwezigheid van de chakorin

Weet of zijn voedsel vergiftigd is of niet:

Als het voedsel vergiftigd is,

Worden de ogen van de vogel rood.

Door zijn aanwezigheid alleen

Helpt de vogel de koning.

Aatmaa is zo'n bestuurder.

Dit is een groot mysterie.

Alleen degene die het Aatmaa kent

Kan dit ten volle begrijpen.

KENOPANISHAD I

De devas zijn de zinnen.

De devas zijn de stralenden.

Ook de zinnen schitteren.

Door hun schittering verwerf je zintuiglijke kennis.

Ieder zintuig is een jyoti of licht.

De devas (goden) en de aasoeras (demonen) vechten.

Esoterisch vecht sattva tegen rajas en tamas.

Soebha vaasanas vechten tegen asoebha vaasanas:

Goed vecht tegen kwaad.

In de beeldspraak van de Kenopanishad

Stelt vaayoe (wind) de praana of de geest voor.

Agni (vuur) stelt de spraak voor.

Indra (de geest) stelt het egoïsme of de geest voor.

Oemaa (godin) stelt sattva of vidyaa of het zuivere intellect voor.

RELATIE EN BEGEERTE

Begeerte is verwant

Aan uiterlijke voorwerpen.

De mens raakt gebonden door begeerten

En uiterlijke relaties.

Vernietiging van begeerte betekent

Vernietiging van uiterlijke relatie.

Vernietiging van alle relatie

Leidt tot vrede en moksha (verlossing).

Geef daarom alle relatie op.

Heb relatie met Brahman, het Absolute, alleen:

Zie in allen alleen het onvergankelijke.

MOKSHA

Moksha (verlossing) is niet het bereiken van iets.

Moksha is niet het zich begeven naar een plaats.

Moksha is het verwijderen van belemmering.

Het is de verwijdering van de sluier van onwetendheid.

Het is ontstijgen aan lichaamsbewustzijn

En versmelten met het Absolute Bewustzijn hier en nu.

Het is binnengaan in het Oneindige

Voorbij tijd en ruimte.

Het is binnengaan in de hoogste Stilte,

Die voorbij geluid en kleur is.

DE INGEBOREN DRANG

Er is in iedereen een ingeboren drang

Om volmaaktheid en vrijheid te bereiken en

Zich te bevrijden van beperkingen en gebondenheid.

Er is een streven in iedereen

Om eeuwige zaligheid, de hoogste kennis,

Onsterfelijkheid en eeuwigdurende vrede te bereiken.

Niemand plaatste dit streven in de mens.

Hij zelf wil zich ontplooien, ontwikkelen

En de volheid, het plenum, bereiken.

Er is een natuurlijke drang of leiding van binnen uit.

Deze innerlijke aandrang zal niet stil zijn

Voor de mens versmelt met het Absolute.

KENOPANISHAD II

Agni en Vaayoe konden ten minste de yaksha Of Brahman zien.

Maar Indra kon zelfs de yaksha niet zien,

Omdat hij zeer egoïstisch was.

De yaksha verdween zodra Indra verscheen.

Zolang er egoïsme of individualiteit is

Kun je geen Brahma gnyaana of Kennis van het Zelf hebben.

Agni en Vaayoe konden de aard van de yaksha Niet begrijpen.

Dit wijst erop dat Brahman Buiten het bereik

Van de spraak of de praana of de geest ligt.

Agni en Vaayoe zijn de besten onder de goden

En daarom konden ze Brahman zien.

De spraak en de praana kunnen Brahman uitdrukken

Tot op zeker hoogte.

De andere zintuigen, ogen, oren, de huid

Kunnen Brahman niet uitdrukken.

KENOPANISHAD III

Oemaa of Haimavatie zei tegen Indra:

"Aangezien je zo egoïstisch bent

Kun je Brahman niet zien.

Geef egoïsme, rajas en tamas op.

Ontwikkel de zuivere rede.

Vul je geest met zuivere sattva.

Je zult dan in staat zijn Brahman te verwerkelijken."

Indra volgde Oemaa's raad

En bereikte Aatma saakshaatkaara.

Vaayoe en Agni daarentegen raakten slechts Brahmans gewaad aan.

KATHOPANISHAD

De Kathopanishad zegt:

"Brahmanen (priesters) en kshatriyas (krijgers)

Zijn voedsel voor Brahman

En de dood is een pickle."

Dit betekent dat kastenonderscheid

Wordt verbrand in Brahman

En dat Brahman ook de dood is voor de dood.

De Dood of Heer Yama spoedt zich uit angst

De bevelen van Brahman uit te voeren.

De brahmaan stelt kennis voor.

De kshatriya stelt kracht voor.

De kennis en de kracht van deze mensen

Verbleekt tot onbeduidendheid in het aanschijn van

De oneindige kennis en de kracht van Brahman.

DE ALLEGORIE VAN DE KOETS

(KATHOPANISHAD)

De koets moet sterk zijn.

De paarden moeten getemd zijn.

De teugels moeten sterk zijn.

De koetsier moet bekwaam zijn.

De wegen moeten goed zijn.

Dan alleen bereik je veilig je bestemming.

Zo moet ook deze lichaams-koets sterk en gezond zijn.

De zinnen-paarden moeten gedisciplineerd zijn.

De geest-teugel moet goed in de hand worden gehouden.

Hij moet ook sterk zijn.

De intellect-koetsier moet wijs en vastberaden zijn.

Dan alleen kan dejieva, de Heer van de koets,

Veilig zijn bestemming bereiken,

De Vishnoe Paada of het doel,

Het domein van eeuwige zaligheid.

DE STAD VAN DE ELF POORTEN

Dit lichaam is de stad met elf poorten.

Volgens de commentaar van de Kathopanishad

Is het navadvaara poeri (stad met negen poorten).

Volgens de Gietaa zijn de tiende en de elfde poort

De navel en brahmarandhra in de top van het hoofd.

Soms worden de neusgaten beschouwd als één poort.

Dan is de navel de negende.

Het is heel juist het lichaam een stad te noemen,

Omdat het eveneens verscheidene poorten heeft.

Er is ook Bewustzijn, de Heerser of Bestuurder

In het lichaam,

Zoals er een bewuste bestuurder is in een stad.

De zinnen, de praana, de geest enz.

Zijn de bewoners van deze lichaams-stad.

Zoals de eigenaar van een huis verschillend is van het huis,

Zo is ook de Eigenaar van dit lichaam of Aatmaa

Verschillend van dit lichaams-huis.

DHAATOE PRASAAD

Dit komt voor in de Kathopanishad.

Het betekent: genade van de Heer.

Volgens de bhaktischool kun je de Godverwerkelijking

Alleen bereiken door de genade van de Heer.

Volgens Shrie Shankaraachaarya

Betekent het beheersing van de geest

En van zijn vrittis of golven,

Beheersing van de zinnen of indriyas.

Alleen dan kun je de Zelfverwerkelijking bereiken.

De geest houdt op te werken.

Dit is dhaatoe prasaad.

PRAANA EN DE SPRAAK

Dit komt voor in de Chaandoya Oepanishad.

Praana wordt gevormd uit het subtielste deel van water.

De spraak wordt gevormd uit het subtielste deel van vuur.

De geest wordt gevormd uit het subtielste deel van voedsel.

Wanneer je gedurende een lange tijd spreekt,

Wordt veel vuur geproduceerd.

Je voelt je heel dorstig.

Je wil veel water drinken.

Water levert energie of praana.

Er is een innig verband tussen praana en de spraak.

Praana is de levenskracht van de spraak.